donderdag 19 februari 2015

Rembrandt (Amsterdam)

Tussen twee afspraken door is er aan het eind van de middag een uurtje over. Ik laat de metro de metro en loop van de Jodenbreestraat langs het voormalig woonhuis van Rembrandt van Rijn via de Nieuwmarkt richting station. Vanaf de Geldersekade loop ik voor het station langs en ga de Zeedijk op. Altijd een genoegen hier te lopen, in deze oude straat met prachtige gevels en bijzondere zaakjes. Kijk je naar boven, dan zie je zeventiende-eeuwse en misschien wel oudere gevels met bijzondere gevelstenen. Richt je je blik op straatniveau, dan zie je een keur aan winkels en restaurants, meestal Chinees, want dit is het centrum van Chinatown. Verschillende zaken dragen de naam Nam Kee.

Na de Boeddhistische tempel, tegen het eind van de Zeedijk, buig ik rechtsaf naar de Oude Kerk. Hier doorkruis ik een stukje rosse buurt. De Wallen zijn stampvol toeristen. Boven de drommen mensen steken politieagenten te paard uit. Die blijkt er te zijn omdat er ’s avonds een voetbalwedstrijd in de Arena is. De rood verlichte ramen contrasteren met de doffe grijze steen van de Oude Kerk, die er al staat sinds de dertiende eeuw. Saskia van Uylenburgh (1612 – 1642), de eerste vrouw van Rembrandt, ligt er begraven. Ze is maar dertig jaar geworden. Rembrandt zal ook wel eens van de Jodenbreestraat naar de Oude Kerk zijn gelopen.
Door de Wijde Kerksteeg ga ik de Warmoesstraat op, die ik richting de Dam volg. Ook hier allerlei winkeltjes, waaronder een enkel buurtsupertje dat het nog redt, eetgelegenheden en cafés. Een tattoo-shop heeft werk gemaakt van zijn winkel. Een vanaf de straat zichtbare muur is beschilderd met een meer dan levensgrote afbeelding van een dame die zich laat tatoeëren. Het is hier drukker dan op de Zeedijk. Aan het eind van de Warmoesstraat keer ik om. Ik passeer de Wijde Kerksteeg, de Enge Kerksteeg, de Lange Niezel, de Heintje Hoekssteeg en nog wat straten en stegen met prachtige namen. Aan het eind komt de Warmoesstraat uit op de Zeedijk, die een bocht maakt. Vroeger om de Zuiderzee tegen te houden. Samen omsluiten de twee straten een amandelvormig stukje van het oudste Amsterdam. 

vrijdag 13 februari 2015

Geluk (Pieterpad: Montfort - Sittard)


Het is een stralende ochtend. De zon schijnt en het is windstil. Perfect wandelweer. Het is vrijdag de dertiende. Het zal door deze ongeluksdag komen dat M. zich verslaapt. Op miraculeuze wijze arriveert zij toch op tijd op het station. Vriendin M. haalt ons op van het station in Roermond. Later deze dag zal zij de sleutels van haar stad overhandigen aan zes prinsen Carnaval, waarna zij met haar wethouders een lied ten gehore gaat brengen. Vorig jaar was het voor haar allemaal nieuw; nu voelt zij zich helemaal thuis hier, ook met het carnaval. We drinken koffie bij haar thuis in St. Odiliënberg omdat we niet zeker weten of er in Montfort al koffie te krijgen is vanochtend. 

Wij praten over geluk, een onuitputtelijk onderwerp. De gemeente Roerdalen had ‘Klein geluk’ al als thema. Sinds kort is dit thema uitgebreid door de inzet van Leo Bormans, zelfbenoemd Ambassadeur van geluk en levenskwaliteit. Hij publiceerde onlangs het boek ‘Geluk – World Book of Happiness’, waarin hij honderd hoogleraren die daarnaar onderzoek hebben gedaan het woord geeft over geluk. Volgens zijn website vatten deze hoogleraren in de psychologie in duizend worden samen wat er bekend is over geluk. Aan universeel geluk liggen factoren als tijd, geld, gezondheid, succes, welzijn, toekomst, warmte, vrienden, familie, humor ten grondslag.

Geluk: waar zit dat in? Wij zijn met zijn drieën oud en wijs genoeg om te weten dat het in kleine dingen zit. Zoals: wandelen in Limburg als de zon schijnt. Dat gaan we doen. M. zet ons af in het centrum van Montfort, waar we vorige keer zijn geëindigd.

Langs de ruïne van het kasteel lopen we Montfort uit. Aan vele huizen hangen vlaggen in geel, rood en groen. Later zullen we ook carnavalsvierders gekleed zien in deze kleuren. Mij doen die kleuren vooral aan Bob Marley en Marokko denken. Met bos aan de rechterkant en akkers aan de linkerkant lopen wij naar Slek. We passeren verschillende aspergevelden, de bedden afgedekt met grijs plastic. Hoewel we nog niet op de helft zijn van onze etappe van vandaag drinken we koffie in Slek. Tot Sittard zullen we geen horeca meer tegenkomen, volgens het boekje, en de uitbaatster van de koffietent bevestigt dat. Zij is vandaag voor het laatst open omdat zij het carnaval ontvlucht en de komende paar dagen in Sauerland zal bivakkeren.

We lopen langs het IJzerenbosch, ten oosten van Susteren, waar het land langs het pad nat is. De weilanden zijn een soort moerassen of wetlands. We komen bij de Duitse grens, die we een tijdje volgen. Vervolgens lopen wij een stuk door Duitsland. We passeren Isenbruch, Krainbruch en Millen, waar kennelijk net iets is gebeurd want er staan een politieauto en een ambulance. Buurtbewoners staan eromheen. Wij lopen discreet door. De grens is vaak goed zichtbaar, soms in de vorm van grote lage stenen die eruit zien als legostenen. Het weer blijft prachtig. De etappe van vandaag is lang, maar gaat ons moeiteloos af.

Langs de Geleenbeek, de langste beek van Nederland, lopen wij Sittard binnen. Sittard, van Duitse oorsprong, kreeg in de dertiende eeuw stadsrechten en is op Maastricht na de oudste stad van Limburg. De beek stroomt zo snel dat de vele eenden  hard moeten zwemmen om op hun plaats te blijven. Het modderige pad langs de lange beek valt ons niet mee. De laatste loodjes beginnen te wegen. In de buitenwijken zien we een man fietsen in een lange tijgerjas. Hoe dichter we het centrum naderen, hoe meer verklede mensen we zien. Het carnaval is begonnen. Dan doemt de kathedraal van Sittard op. Langs de nog steeds onbebouwde schootsvelden lopen wij het oude centrum binnen.

Daar is het carnaval in volle gang. Voor mij is het nieuw. M. is niet ver van deze plaats opgegroeid en deed er vroeger volop aan mee. De straten zijn vol dwaas verklede jongeren. Hoewel het pas half vijf is heeft de drank al flink gevloeid, zo te zien. De Markt, het centrum waar veel cafés zijn, is afgezet met hekken. Om op de Markt te komen moet je langs beveiligers en door detectiepoorten. De bakker vlakbij de Markt waar M. een vlaai koopt weet ons te vertellen dat er nu geen terrassen zijn, maar dat alles zich binnen afspeelt.

De Markt onder deze omstandigheden is niets voor ons en wij lopen richting station. Onderweg eten we door M. aangeschafte Nonnenvodden, een soort donut die traditioneel bij carnaval hoort. De wandeling vandaag was prachtig en het was de hele dag mooi weer. De 25 kilometer gingen ons prima af. Graag zouden we nog even ergens op een terras zitten, maar we komen geen enkel café tegen op weg naar het station. Bij Albert Heijn op het station kopen we wat voor in de trein en zo creëren we daar ons eigen café.